Bij koud weer is deze hartige aardappelschotel met gesmolten kaas een echte oppepper. Deze groenterijke tartiflette is snel en eenvoudig op tafel te zetten.  

Tartiflette’s zijn aardappelschotels die in Frankrijk vaak worden geserveerd als stevige lunch tijdens intensief sporten zoals skiën in de Alpen. Oorspronkelijk komt de tartiflette uit de streek Savoye. De gebruikte kaassoort is een belangrijke smaakbepaler. Heel veel goed smeltende kazen zijn geschikt, zodat je ook kunt variëren. Ik heb voor deze tartiflette gekozen voor Morbier, een halfharde kaas uit het Franse Jura gebergte waar de ruwe winters ook doen snakken naar een oppepper.

Voor een 3-persoonshuishouden: 

360 gram Morbier AOC
650 gram krielaardappelen in de schil
90 gram Spaanse Longaniza (een magere, droge worst met een klein pepertje, AH Excellent), in heel kleine dobbelsteentjes
2 sjalotten of 1 rode ui, gesnipperd
½ garlic solo, gesnipperd
1 stevige prei (donkergroene delen wegsnijden), in dunne ringetjes
4 bosuitjes, in dunne ringetjes
1  blokje groentebouillon (Zonnatura)
4-seizoenen peper, een paar slagen
roze Himalaya zout, weinig door gebruik van de droge worst
salie, 2-4 kleine blaadjes, gesnipperd
rozemarijn, naaldjes van 2 takjes, gesnipperd
gemalen laurier, een paar snufjes
nootmuskaat uit de molen of iets gemalen kruidnagel
olijfolie
½ glas witte wijn
2 dessertlepels slagroom

Snijd de krieltjes in tweeën en kook die 8 minuten in groentebouillon met rozemarijn, 3 snufjes laurier, 4-seizoenen peper, een scheutje olijfolie. Vet een kleine ovenschaal licht in met olijfolie en bedek de bodem met de helft van de krieltjes.

Fruit de sjalot met de knoflook 1 minuut in de olijfolie, voeg de laurier en de salie toe en laat 2 minuten glazig worden op lagere temperatuur. Zet de temperatuur weer iets hoger en voeg de Longaniza blokjes toe, roer om en blus direct af met 2/3 van de witte wijn. Voeg er van de pit 1 dessertlepel slagroom aan toe en verdeel dit gelijkmatig over de krieltjes.

Beleg deze eerste laag met 1/3 van de Morbier, in niet te dikke plakjes gesneden. Leg daarop de tweede laag krieltjes.

Fruit de prei en de lente-uitjes 1 minuut in een scheutje olijfolie met een snufje laurier. Blus af met de laatste wijn en roer – weer van het vuur -1 dessertlepel slagroom door het groentemengsel. Voeg dit  als nieuw laagje toe aan de ovenschotel.

De rest van de Morbier snijd je in dikke plakjes en verdeel je als toplaag over de krieltjes en groenten. Verdeel de “blauwe’ ader goed over de schotel. Bestrooi de kaas licht met nootmuskaat of kruidnagel en bak de schotel 20 minuten in een voorverwarmde oven (190 graden, hete lucht oven). De kaas moet smelten en licht kleuren. aan de randen vormt zich een zacht korstje.

Heerlijk met de Tomatenrelish van Janneke Vreugdenhil.